4.4.1 Ontwikkeling epistemologisch kader
De MCG omvat drie paradigma's (natuurwetenschappen, sociale wetenschappen en de kunsten) en dat vereist een nieuw epistemologisch kader. Aandachtspunten daarbij zijn:
- De MCG wordt beschreven vanuit een pragmatisch-constructivistisch en daarmee holistisch (bio-psycho-socio-cultureel) mensontwerp (Engel)
- dat evolutionair is en uitgaat van een positieve psychologie, zoals beschreven door Kenrick e.a. in hun artikel ‘Renovating the Pyramid of Needs: Comtemporary Extensions Built Upon Ancient Foundations’ (zie ook Seligman).
- Vanuit dit perspectief is een postmoderne professional een kenniskunstenaar (vdWiel), een creatieve professional die functioneert in een uitdagende (VUCA) werk- en leeromgeving en complexe problemen ‘oplost’ door het bedenken van inventieve en creatieve alternatieven (Dewey).
- Kenniskunstenaars zijn '(zelf)sturende leiders': creatieve professionals die functioneren in een onzekere (contingente), complexe en veranderlijke omgeving (Hoogduin) en de liefde voor hun vak centraal stellen. Ze ervaren hun werk als esthetische ervaring (Weggeman).
- Vanuit wereldmodel II wordt een complex probleem opgevat als een uitdaging. Een complex probleem biedt mogelijkheden om gefixeerde denkpaden en bestaande dysfunctionele oplossingen te doorbreken.
- Dit is in tegenstelling met de ‘normale respons op een complex probleem in de vorm van defensief gedrag en versterking van gefixeerde gedrags- en interactiepatronen, waarbij men vertrekt vanuit Wereldmodel I (command & control).
Op basis van deze overwegingen is een actieplan ontwikkeld om te komen tot een nieuw epistemologisch kader. Dit wordt uitgewerkt in Module B.
Meer weten? Zie Deeper understanding